Medische Encyclopedie
Inhoud
- Wat is oorpijn?
- Kan ik er zelf iets tegen doen?
- Wat kan de apotheker voor mij doen?
- In welke gevallen kan ik beter naar de huisarts gaan?
- Welke medicijnen worden gebruikt bij
Oorpijn
Wat is oorpijn?
Oorpijn bij kinderen komt bijna altijd door een ontsteking van het middenoor. Het middenoor is de ruimte direct achter het trommelvlies in het oor.
Als uw kind een middenoor-ontsteking heeft, gaat de ergste oorpijn meestal vanzelf over. Vaak binnen 2 tot 3 dagen. Bij kinderen jonger dan 2 jaar kan de oorpijn langer dan 1 week blijven.
Kinderen van 5 jaar en ouder krijgen minder vaak een middenoor-ontsteking. En na de puberteit komt het bijna helemaal niet meer voor.
Het middenoor is de ruimte direct achter het trommelvlies. Er loopt een klein gangetje van het middenoor naar de neus en keel. Dit gangetje heet de buis van Eustachius.
1: uitwendige gehoorgang
2: trommelvlies
3, 4, 5: gehoorsbeentjes
6: middenoor
7: evenwichtsorgaan
8: buis van Eustachius
9: slakkenhuis
10: gehoorzenuw
Een middenoor-ontsteking begint meestal met een gewone verkoudheid of keelpijn. Het verkoudheidsvirus zit in de neus en keel. Door de buis van Eustachius kan het virus ook in het middenoor komen. Het middenoor wordt dan ook ‘verkouden’ en dat noemen we een middenoor-ontsteking. Vaak komen er ook bacteriën bij.
Kan ik er zelf iets tegen doen?
Wat kan de apotheker voor mij doen?
Uw apotheker zorgt ervoor dat u uw medicijnen goed en veilig kunt gebruiken. Het maakt niet uit of u een medicijn korte tijd of langdurig nodig heeft.
- Receptcontrole
De apotheker controleert elk recept. Bijvoorbeeld: is het juiste medicijn voorgeschreven en meegegeven, is de dosering goed, kan het medicijn samen met andere medicijnen die u gebruikt. Als het nodig is, overlegt uw apotheker met uw huisarts of specialist.
- Overzicht van uw medicijnen
Uw apotheker houdt bij welke medicijnen u gebruikt. U kunt in de apotheek altijd om een overzicht van uw medicijnen vragen. Dit kunt u bijvoorbeeld meenemen als u uw specialist bezoekt, in het ziekenhuis wordt opgenomen of naar het buitenland gaat.
- Delen van informatie over uw medicijnen met andere zorgverleners
Uw apotheker, huisarts en het ziekenhuis kunnen informatie over uw medicijnen met elkaar delen als dat nodig is voor uw behandeling. Dit mag alleen als U daar toestemming voor geeft.
- Begeleiding bij nieuwe geneesmiddelen
Krijgt u een medicijn dat u in de afgelopen 12 maanden niet hebt gebruikt? Dan krijgt u extra uitleg over deze medicijnen.
- Ondersteuning als u uw medicijnen weleens vergeet in te nemen
De apotheker heeft daar hulpmiddelen voor. Als uw zorgverzekeraar toestemming geeft, kan uw apotheker uw medicijnen per dag en per tijdstip van inname in aparte zakjes voor u laten verpakken.
- Persoonlijk gesprek over uw medicijnen
Heeft u vragen over uw medicijnen, of problemen met het gebruik? Bijvoorbeeld moeite met slikken van medicijnen, openmaken van de verpakking, of last van een vervelende bijwerking? Vraag uw apotheker om een persoonlijk gesprek. Hij kijkt dan samen met u welke mogelijkheden er zijn om uw probleem te verhelpen.
- Medicatiebeoordeling
Uw apotheker en huisarts kunnen u uitnodigen voor een gesprek over uw medicijnen. Dit is mogelijk bij patiënten ouder dan 65 jaar die langdurig meer dan 5 medicijnen gebruiken. Samen met u bespreken ze of er verbetering mogelijk is. Als u bijvoorbeeld last hebt van bijwerkingen van een medicijn kan het soms vervangen worden door een ander medicijn.
- Zelfzorg
Bij de apotheek kunt u terecht voor advies over medicijnen die u zonder recept (= zelfzorgmedicijnen) kunt kopen, voor verbandmiddelen en cosmetica. De apotheek kan zelfzorgmedicijnen voor u opnemen in uw medicatiedossier. Dan kan de apotheker controleren of u ze veilig samen met uw receptmedicijnen kunt gebruiken.
- Bezorgservice
Bent u moeilijk ter been? Informeer bij uw apotheek of zij uw medicijnen bij u thuis kunnen bezorgen.
In welke gevallen kan ik beter naar de huisarts gaan?
Bel uw huisarts als 1 of meer van deze dingen kloppen voor uw kind:
- Uw kind is jonger dan 3 maanden en heeft koorts.
- Uw kind wordt zieker.
- Uw kind wordt suf: het reageert niet of niet goed, of het wordt moeilijk wakker.
- Uw kind drinkt slecht (minder dan de helft van wat het normaal drinkt).
- De oorpijn wordt erger.
- Uw kind heeft pijn als u drukt op het bot achter het oor.
- Het oor gaat van het hoofd afstaan.
- Uw kind heeft oorpijn met hoofdpijn of nekpijn.
- Uw kind heeft oorpijn en is jonger dan 6 maanden.
- Uw kind is jonger dan 2 jaar en heeft aan beide oren oorpijn.
- De koorts of pijn zijn na 3 dagen nog niet minder.
- Uw kind heeft het downsyndroom en oorpijn.
Bij een loopoor:
- Is het oor na 1 week nog niet droog? Ga dan met uw kind naar de huisarts.
- Is het oor binnen 1 week droog? Wacht dan nog 1 week en ga dan met uw kind naar de huisarts. De huisarts controleert of het gaatje in het trommelvlies weer dicht is. Als het gaatje dicht is, mag uw kind weer zwemmen.
- Heeft u kind trommelvlies-buisjes en een loopoor? Bel dan de huisarts of uw KNO-arts. Uw kind krijgt dan meteen oordruppels met antibiotica.
Als uw kind van de huisarts antibiotica heeft gekregen:
- Bel de huisarts als de koorts of oorpijn na 2 dagen antibiotica nog niet minder is.
Welke medicijnen worden gebruikt bij
Paracetamol
Paracetamol werkt pijnstillend. Het vermindert de pijn in de oren.
Lidocaïne in het oor
Lidocaïne verdooft de pijn in het oor. Het mag alleen worden gebruikt bij bepaalde soorten oorpijn.